Formatie van Oosterhout

Code
NUOO
Status
Formeel (Doppert et al. 1975). Bijgewerkt (Ebbing & De Lang 2003).
Lithologische beschrijving

Licht- tot groengrijs zeer fijn tot zeer grof zand (105-420 µm) , lokaal kleiig, glauconiethoudend, met schelpen. Aan de top, donkergrijze tot grijsbruine klei, siltig of zandig. Schelpenbanken. Lokaal, geel tot roodbruin zand (210-300 µm) met macrofossielen, deels verkit door ijzer(hydr)oxiden.

Afzettingsmilieu

Ondiep marien (continentaal plat, vooroever; klei met stormlagen), estuarien, deltaisch, strand en kustnabij infralittoraal (zand en schelpenbanken; Hodgson 1989).

Definitie ondergrens

Scherp contact met glauconietrijker, fijner en minder schelprijk ondiep marien zand (Formatie van Breda) bij een kleiige basis, geleidelijke overgang bij een zandige basis.

Definitie bovengrens

Lokaal aan maaiveld (geel tot roodbruin verkit zand). Elders, geleidelijke overgang naar (bij een zandige top) of scherp contact met (bij een kleiige top) iets grover en glauconietarmer ondiep marien zand (Formatie van Maassluis), scherp contact met grover fluviatiel en kustzand en -grind (Kiezeloöliet Formatie, Formaties van Waalre en Peize), of geleidelijke overgang naar eolisch en lokaal fluviatiel zand (Formatie van Stramproy).

Dikte indicatie
Tot ongeveer 150 m.
Geografische verbreiding
Landwaarts, overgang naar en afwisseling met ingeschakelde kustvlakte- en rivierafzettingen (Kiezeloöliet Formatie).
Regionale correlatie

Noordzee: Brielle Ground Formatie (gedefinieerd en gekarteerd in samenspraak met de Britse Geologische Dienst; Long et al. 1988; Rijsdijk et al. 2005); VK: informele Trimley Sands, Corraline Crag en Red Crag Formations (Mathers & Zalasiewicz 1988; Gibbard et al. 1998); DUI: Nütterden en Weeze Schichten; BEL: Formaties van Lillo, Poederlee, Kattendijke en Kasterlee (Vernes et al. 2018).

Ouderdom
laat Mioceen tot Plioceen.
Holostratotype
Boring:
Diepte (dikte) langs boorgat:
106,6 - 262 m (155,4 m) beneden maaiveld
Parastratotype
Boring:
Diepte (dikte) langs boorgat:
111-183 m (72 m) beneden maaiveld
Hypostratotype
Boring:
Diepte (dikte) langs boorgat:
112,00 - 176,50 m (64,50 m) beneden maaiveld
Hypostratotype
Boring:
Diepte (dikte) langs boorgat:
217 - 337 m (120 m) beneden maaiveld
Oorsprong naam
Vernoemd naar Oosterhout.
Vorige benaming(en)
Zanden van Kattendijk (niet-glauconietrijke deel), Luchtbal en Kallo, deel van de Formatie van Merksem, Afzettingen van Lievelde, Formatie van Scheemda (vgl. Van den Berg & Gaemers 1993).
Gereviewed door (datum)
Wim Dubelaar (2018), Sytze van Heteren (2019).
Referenties
Doppert, J.W.Chr., Ruegg, G.H.J., Van Staalduinen, C.J., Zagwijn, W.H., Zandstra, J.G. 1975. Formaties van het Kwartair en Boven-Tertiair in Nederland. In: Zagwijn, W.H., Van Staalduinen, C.J. (eds.): Toelichting bij geologische overzichtskaarten van Nederland. Rijks Geologische Dienst, Haarlem, 11-56.
Ebbing, J.H.J., De Lang, F.D. 2003. Beschrijving lithostratigrafische eenheid. Nederlands Instituut voor Toegepaste Geowetenschappen TNO. Utrecht.
Gibbard, P.L., Zalasiewicz, J.A., Mathers, S.J. 1998. Stratigraphy of the marine Plio-Pleistocene crag deposits of East Anglia. Mededelingen Nederlands Instituut voor Toegepaste Geowetenschappen TNO, 60, 239-262.
Hodgson, G.E. 1989. Microfacies of the Late Cenozoic southern North Sea. PhD Thesis, University of East Anglia, 431 p.
Long, D., Laban, C., Streif, H., Cameron, T.D.J., Schüttenhelm, R.T.E. 1988. The sedimentary record of climatic variation in the southern North Sea. Philosophical Transactions of the Royal Society London B, 318 (1191), 523-537.
Mathers, S.J., Zalasiewicz, J.A. 1988. The Red Crag and Norwich Crag formations of southern East Anglia. Proceedings of the Geologists' Association, 99, 261-278.
Rijsdijk, K.F., Passchier, S., Weerts, H.J.T., Laban, C., Van Leeuwen, R.J.W., Ebbing, J.H.J. 2005. Revised Upper Cenozoic stratigraphy of the Dutch sector of the North Sea Basin: towards an integrated lithostratigraphic, seismostratigraphic and allostratigraphic approach. Netherlands Journal of Geosciences 84, 129-146. https://doi.org/10.1017/S0016774600023015
Van den Berg, M.W., Gaemers, P. 1993. Tertiair. In: Van den Berg, M.W., Den Otter, C. (eds.): Toelichtingen bij de Geologische kaart van Nederland 1:50.000. Blad Almelo Oost/Denekamp (28O/29). Rijks Geologische Dienst, Haarlem.
Vernes, R.W., Deckers, J., Bakker, M.A.J., Bogemans, F., De Ceukelaire, M., Doornenbal, J.C., den Dulk, M., Dusar, M., Van Haren, T.F.M., Heyvaert, V.M.A., Kiden, P., Kruisselbrink, A.F., Lanckacker, T., Menkovic, A., Meyvis, B., Munsterman, D.K., Reindersma, R., ten Veen, J.H., van de Ven, T.J.M., Walstra, J., Witmans, N. 2018. Geologisch en hydrogeologisch 3D model van het Cenozoïcum van de Belgisch-Nederlandse grensstreek van Midden-Brabant / De Kempen (H3O – De Kempen). Studie uitgevoerd door VITO, TNO-Geologische Dienst Nederland en de Belgische Geologische Dienst in opdracht van Vlaams Planbureau voor Omgeving, Vlaamse Milieumaatschappij, TNO, Geologische Dienst Nederland, Nederlandse Provincie Noord-Brabant, Brabant Water, Programmabureau KRW/DHZ Maasregio.
Citeer als
TNO-GDN ([YEAR]). Formatie van Oosterhout. In: Stratigrafische Nomenclator van Nederland, TNO – Geologische Dienst Nederland. Geraadpleegd op [DATE] op https://www.broloket.nl/stratigrafische-nomenclator/formatie-van-oosterhout.