Lutine Formatie

Code
SGLU
Status
Formeel (Munsterman et al. 2012).
Lithologische beschrijving

Bestaat uit bruingrijze tot zwarte bitumineuze kleistenen (Clay Deep Laagpakket). Ten zuiden van blokken F11/F12 veranderd de kleur in olijfgroen tot grijsbruin en worden de kleien siltiger tot zeer fijnzandig en minder bitumineus (Schill Grund Laagpakket).

Afzettingsmilieu

Bekkencirculatie stagneerde in het meest noordelijke deel van het bekken. Dit resulteerde in dysoxische tot anoxische bekkenbodem condities en in de afzetting en behoud van bitumineuze kleistenen. Richting het zuiden kwamen relatief ondiepere, open mariene condities voor met (nagenoeg) normale bekkenbodemcirculatie. Over het algemeen zijn de kleistenen hier siltiger of fijnzandiger en slechts zwak bitumineus.

Definitie ondergrens

In de noordelijke deel van de Centrale Slenk ligt het discordant op de Scruff Groenzand of Kimmeridge Klei formaties. Kan vingervormig inelkaar grijpen met de Scruff Groenzand Formatie. De bitumineuze kleistenen hebben op boorgatmetingen een minder gepiekt patroon en hogere waarden op de gamma-ray en weerstandslogs dan de onderliggende Kimmeridge Klei Formatie. Concordante grens met de glauconiethoudende Scruff Groenzand Formatie in het zuidelijk deel van de Centrale Slenk en het Terschelling Bekken.

Definitie bovengrens

Komt overeen met de Berriasien-Valanginien grens. Het is geassocieerd met de Laat Kimmerische discordantie ('Late Kimmerian unconformity'). De formatie wordt discordant bedekt door de Rijnland, Krijtkalk of Onder-Noordzee groepen.

Dikte indicatie
Tot 150 m (M01-02).
Geografische verbreiding
Regionale correlatie

VK: Humber Groep; DUI: ?; BEL: -.

Ouderdom
Berriasien. Sequentie 3 sensu Abbink et al. (2006).
Holostratotype
Boring:
Diepte (dikte) langs boorgat:
2225 - 2315 m (90 m)
Parastratotype
Boring:
Diepte (dikte) langs boorgat:
2042 - 2079 m (37 m)
Oorsprong naam
Vernoemd naar de HMS Lutine, een fregat van de Royal Brittish Navy (oorspronkelijk echter een fregat van de Franse mariene, in 1779 in Toulon gedoopt) dat in 1799 schipbreuk heeft geleden in een inmiddels dichtgeslibde, ondiepe geul genaamd IJzergat tussen Vlieland en Terschelling.
Vorige benaming(en)
Geen.
Gereviewed door (datum)
Sander Houben (2017).
Referenties
Munsterman, D.K., Verreussel, R.M.C.H., Mijnlieff, H.F., Witmans, N., Kerstholt-Boegehold, S. & Abbink, O.A. 2012. Revision and update of the Callovian-Ryazanian Stratigraphic Nomenclature in the northern Dutch Offshore, i.e. Central Graben Subgroup and Scruff Group. Netherlands Journal of Geosciences-Geologie en Mijnbouw, 91 (4), 555-590.
Abbink, O.A., Mijnlieff, H.F., Munsterman, D.K. & Verreussel, R.C.M.H. 2006. New stratigraphic insights in the ‘Late Jurassic’ of the Southern Central North Sea Graben and Terschelling Basin (Dutch Offshore) and related exploration potential. Netherlands Journal of Geosciences 85, 221-238.
Citeer als
TNO-GDN ([YEAR]). Lutine Formatie. In: Stratigrafische Nomenclator van Nederland, TNO – Geologische Dienst Nederland. Geraadpleegd op [DATE] op https://www.broloket.nl/stratigrafische-nomenclator/lutine-formatie.