Formatie van Maassluis

Code
NUMS
Status
Formeel (Doppert et al. 1975). Bijgewerkt (Huizer & Weerts 2003).
Lithologische beschrijving

Coarsening upward. Verfijning van zuidoost naar noordwest. Grijs uiterst fijn tot matig grof zand (63-300 µm), doorgaans glimmer-, kalk- en schelphoudend en glauconietarm. Ingeschakelde licht- tot donkergrijze klei, veelal siltig of zandig, glimmer- en kalkhoudend, met mariene schelpen. Lokaal, grind aan de basis. Aan de top, zowel zoetwater- als mariene schelpen.

Afzettingsmilieu

Ondiep marien kustnabij (verondieping; grofst in de kustzone).

Definitie ondergrens

Veelal, geleidelijke overgang naar iets fijner en meer glauconiethoudend ondiep marien zand (Formatie van Oosterhout). Scherp contact met mariene klei (Laagpakket van Wouw, Formatie van Oosterhout) of met kalkloos kustnabij en deltazand en -grind (Formatie van Peize).

Definitie bovengrens

Scherp, lokaal erosief contact met fluviatiel en estuarien zand en klei met weinig mariene schelpen (Formaties van Peize en Waalre). Diffuse overgang waar omgewerkte Maassluis schelpen zijn ingemengd in deze bovenliggende eenheden. Erosief contact met sub- en proglaciaal zand (Formatie van Peelo) of met klastisch getijsediment (Formatie van Naaldwijk).

Dikte indicatie
Tot ongeveer 250 m, naar het noordwesten toe dikker.
Geografische verbreiding
Ook offshore wijdverbreid. Landwaartse overgang naar lagunaire en fluviatiele afzettingen (Formatie van Peize).
Regionale correlatie

Noordzee: Westkapelle Ground Formatie (gedefinieerd en gekarteerd in samenspraak met de Britse Geologische Dienst; Cameron et al. 1984); VK: mogelijke equivalenten zijn de Red Crag en Norwich Crag Formaties (Mathers & Zalasiewicz 1988; Gibbard et al. 1998); DUI: afwezig; BEL: Formaties van Merksplas en Lillo (Vernes et al 2018).

Ouderdom
vroeg Pleistoceen (Pretiglien - Tiglien), basis mogelijk laat Plioceen (Reuverien).
Holostratotype
Boring:
B37B0025 (Maassluis)
Opmerkingen:
Vervangen door een lectostratotype dat de kenmerken van de Formatie van Maassluis beter weerspiegelt.
Lectostratotype
Boring:
Diepte (dikte) langs boorgat:
103-206 m (103 m) beneden maaiveld
Oorsprong naam
Vernoemd naar Maassluis.
Vorige benaming(en)
Afzettingen van het Icenien (Pannekoek 1956; Zonneveld 1958).
Gereviewed door (datum)
Wim Dubelaar (2018), Sytze van Heteren (2019).
Referenties
Cameron, T.D.J., Bonny, A.P., Gregory, D.M., Harland, R. 1984. Lower Pleistocene dinoflagellate cyst, forminiferal and pollen assemblages in four boreholes in the Southern North Sea. Geological Magazine, 121 (2), 85-97.
Doppert, J.W.Chr., Ruegg, G.H.J., Van Staalduinen, C.J., Zagwijn, W.H., Zandstra, J.G. 1975. Formaties van het Kwartair en Boven-Tertiair in Nederland. In: Zagwijn, W.H., Van Staalduinen, C.J. (eds.): Toelichting bij geologische overzichtskaarten van Nederland. Rijks Geologische Dienst, Haarlem, 11-56.
Gibbard, P.L., Zalasiewicz, J.A., Mathers, S.J. 1998. Stratigraphy of the marine Plio-Pleistocene crag deposits of East Anglia. Mededelingen Nederlands Instituut voor Toegepaste Geowetenschappen TNO, 60, 239-262.
Huizer, J., Weerts, H.J.T. 2003. Beschrijving lithostratigrafische eenheid. Nederlands Instituut voor Toegepaste Geowetenschappen TNO. Utrecht.
Mathers, S.J., Zalasiewicz, J.A. 1988. The Red Crag and Norwich Crag formations of southern East Anglia. Proceedings of the Geologists' Association, 99, 261-278.
Pannekoek, A.J. (ed.) 1956. De geologische geschiedenis van Nederland. Toelichting bij de geologische overzichtskaart van Nederland op de schaal 1:200.000. Staatsdrukkerij- en uitgeverijbedrijf, 's-Gravenhage.
Vernes, R.W., Deckers, J., Bakker, M.A.J., Bogemans, F., De Ceukelaire, M., Doornenbal, J.C., den Dulk, M., Dusar, M., Van Haren, T.F.M., Heyvaert, V.M.A., Kiden, P., Kruisselbrink, A.F., Lanckacker, T., Menkovic, A., Meyvis, B., Munsterman, D.K., Reindersma, R., ten Veen, J.H., van de Ven, T.J.M., Walstra, J., Witmans, N. 2018. Geologisch en hydrogeologisch 3D model van het Cenozoïcum van de Belgisch-Nederlandse grensstreek van Midden-Brabant / De Kempen (H3O – De Kempen). Studie uitgevoerd door VITO, TNO-Geologische Dienst Nederland en de Belgische Geologische Dienst in opdracht van Vlaams Planbureau voor Omgeving, Vlaamse Milieumaatschappij, TNO, Geologische Dienst Nederland, Nederlandse Provincie Noord-Brabant, Brabant Water, Programmabureau KRW/DHZ Maasregio.
Zonneveld, J.I.S. 1958. Litho-stratigrafische eenheden in het Nederlandse Pleistoceen. Mededelingen van de Geologische Stichting, Nieuwe Serie 12, 31-64.
Citeer als
TNO-GDN ([YEAR]). Formatie van Maassluis. In: Stratigrafische Nomenclator van Nederland, TNO – Geologische Dienst Nederland. Geraadpleegd op [DATE] op https://www.broloket.nl/stratigrafische-nomenclator/formatie-van-maassluis.